Archeologen van de Israëlische Antiquities Autoriteit (IAA) hebben een indrukwekkende vondst gedaan in de woestijn van Judea, dicht bij de Dode Zee. Ze hebben vier Romeinse zwaarden ontdekt in een ‘uitzonderlijk goede staat’, die naar schatting ongeveer 1,900 jaar oud zijn. Deze ontdekking, gecombineerd met andere gevonden militaire uitrusting, zoals leren sandalen en een riem, biedt een unieke kans om inzicht te krijgen in de mode en wapens die het Romeinse leger in die periode gebruikte.
Volgens een persbericht van de Israel Antiquities Authority (IAA) werd de ontdekking gedaan terwijl onderzoekers een bekende inscriptie in het Hebreeuwse schrift inspecteerden, geschreven op de muren van een kleine grot in het En Gedi Natuurreservaat, Israël.
Terwijl hij zich op de bovenste verdieping van de grot bevond, zag Asaf Gayer van de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem een extreem goed bewaard gebleven Romeins pilum in een diepe, smalle spleet. Ook vond hij in een aangrenzende nis stukken bewerkt hout die delen bleken te zijn van de schede van de zwaarden.
Na kennisgeving aan de IAA hebben archeologen vier goed bewaarde zwaarden teruggevonden die dateren uit de Romeinse tijd, ongeveer 1,900 jaar geleden.
Volgens de onderzoekers werden de zwaarden waarschijnlijk door Judese rebellen verborgen als buit tijdens de Joods-Romeinse oorlogen, een reeks grootschalige opstanden van de bevolking van Judea tegen het Romeinse Rijk (66 tot 136 n.Chr.). De Joods-Romeinse conflicten hebben een diepe en tragische tol geëist van de Joodse gemeenschap, wat heeft geleid tot hun verschuiving van een prominente bevolking in het oostelijke Middellandse Zeegebied naar een verspreide en onderdrukte minderheid.
Vanwege de omstandigheden in de grot zijn de zwaarden uitzonderlijk goed bewaard gebleven; bij drie zijn de houten schedes nog aan het ijzeren mes bevestigd. Deze drie zwaarden zijn 60-65 centimeter lang en zijn geïdentificeerd als Romeinse spatha-zwaarden, een zwaard met rechte bladen dat gewoonlijk door de Romeinen werd gebruikt van de 1e tot de 6e eeuw na Christus. Het vierde zwaard is korter van lengte en is geïdentificeerd als een zwaard met ringvormige pommel.
“Het verbergen van de zwaarden en de pilum in diepe scheuren in de afgelegen grot ten noorden van ‘En Gedi, duidt erop dat de wapens als buit van Romeinse soldaten of van het slagveld werden buitgemaakt en met opzet door de Judese rebellen werden verborgen voor hergebruik”, zegt Dr. Eitan Klein, een van de directeuren van het Judean Desert Survey Project.
“Het is duidelijk dat de rebellen niet wilden worden gepakt door de Romeinse autoriteiten die deze wapens droegen. We zijn nog maar net begonnen met het onderzoek naar de grot en de daarin ontdekte wapenopslagplaats, met als doel te achterhalen wie de eigenaar was van de zwaarden, en waar, wanneer en door wie ze zijn vervaardigd. We zullen proberen de historische gebeurtenis vast te stellen die heeft geleid tot het opslaan van deze wapens in de grot en bepalen of dit plaatsvond ten tijde van de Bar Kokhba-opstand in 132-135 n.Chr.”